Gerard Monté, 6 mei 2004
Het pand maakte oorspronkelijk deel uit van het Broodhuis. In de tweede helft van de 14de eeuw werd deze hal in vier afzonderlijke huizen of kameren verdeeld, waarvan Pensmarkt 5 het meest zuidelijke was. In het begin van de 16de eeuw behoorde het aan Johan Spoirmeker en daarna aan de Tafel van de H. Geest, die ook de beide buurpanden aan de linkerzijde bezat. Aan de rechter zijde grensde het aan het Vleeshuis. Mogelijk was er in de 14de eeuw op de verdieping een verbinding tussen het Vleeshuis en het Broodhuis. In het begin van de 16de eeuw is het in gebruik bij Tijs Cokenbecker, die 'snyder' genoemd werd. De kelder is dan afzonderlijk verhuurd. De hertogcijns, groot 36 'schellingen', moet eerst betaald worden door Johan Spoirmeker, daarna door de bezitter Arnold van Gerven en vervolgens zijn zoon Andries, die vetwarier van beroep is. Er wordt geen cijns geheven over de nu nog aanwezige straatkelder en kelderingang. De kelder onder het huis was ook van binnenuit toegankelijk. De kleine straatkelder is vroeger mogelijk groter geweest. Bij de haardentelling in 1553 zijn geen schouwen vermeld. De nog deels aanwezige oude balklagen en kap geven geen uitsluitsel over de eventuele oorspronkelijke stookplaatsen. Het schilderij van het Schermersoproer geeft ondanks de hoge begane grond een lage pui weer, wat wijst op een insteek. De pui is voorzien van een luifel, waarboven twee kruisvensters. Ook de verdiepingen hebben twee kruisvensters. De geveltop met driepas en mogelijk de gehele gevel was van hout. | 295 |
Kelder eind 16e eeuw zeker aanwezig. |
Niemann1479. "* St Jan in d'Olie" anno 1603. "'t Wapen van Engelant" anno 1662. | 74 |
Huis met gepleisterde halsgevel, 18e eeuw. |
2011 |
Marc BrinkTweetal koopt café In 't Harnasch van Marco KroonBrabants Dagblad vrijdag 21 oktober 2011 |
1865 | I. Schiebergen (barbier en winkelier) - L.F. Schiebergen (klerk van den burgerlijken stand) |
1875 | J. Schiebergen (partikulier) |
1881 | H. van Heeswijk (boekhouder en winkelier) |
1908 | M.S. Harte Jr. (bloemist) - H. Niemann (firma Niemann en Harte) bloemisten |
1910 | M.S. Harte Jr. (bloemist) - H. Niemann (firma Niemann en Harte) bloemisten |
1928 | H.M. Cornelissen |
1943 | W.E. Kwaks (timmerman) - Th.J. van Tintelen (café 'In de Stadswaag') |
Hans Boselie en Peter-Jan van der Heijden, Bossche monumenten in beeld (1975) 72, 73